Gebondenheid aan sociaal plan

Gebondenheid aan sociaal plan
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 1996 / 2
Vindplaats: Zie: Kantonrechter Utrecht 15 september 1995, JAR 1995/223 en Kantonrechter Zaandam 22 februari 1996, JAR 1996/68
Uitspraak

Een goed ondernemer speelt in op veranderende omstandigheden. Kansen moeten worden benut en bedreigingen het hoofd worden geboden. Bij dit laatste is het soms van belang binnen de onderneming tijdig de bakens te verzetten. Reorganisaties in ondernemingen zijn dan ook aan de orde van de dag. Niet altijd kan worden voorkomen dat als onderdeel van een reorganisatie ook personeel moet afvloeien. Harde maatregelen zijn soms nodig in het belang van de continuïteit van de onderneming en daarmee ook ter behoud van de werkgelegenheid.
Indien personeel moet worden ontslagen is het gebruikelijk dat ten behoeve van hen een afvloeiingsregeling wordt getroffen. Daarmee wordt tegemoet gekomen aan de schade die de werknemer als gevolg van het ontslag ondervindt. Als de Kantonrechter een ontslag zonder afvloeiingsregeling "kennelijk onredelijk" vindt, kan hij op verzoek van de werknemer de werkgever verplichten tot betaling van een ontslagvergoeding. Indien grotere aantallen werknemers moeten worden ontslagen is het gebruikelijk met de vakbonden te overleggen over een "sociaal plan" waarin de hoogte van de ontslagvergoedingen is geregeld. De vraag rijst dan in hoeverre de werknemer aan dat sociaal plan gebonden is, als hij de daarin geregelde ontslagvergoeding te laag vindt en de Kantonrechter in een "kennelijk onredelijk ontslag-procedure" vraagt om een hogere ontslagvergoeding toe te kennen. De werknemer die geen lid is van de vakbond die het sociaal plan met de werkgever is overeengekomen, is aan dat sociaal plan in elk geval niet gebonden. Hij was immers niet vertegenwoordigd toen de afspraken werden gemaakt. Wel kan de Kantonrechter zich bij de beoordeling van de kennelijke onredelijkheid van het ontslag en de hoogte van de toegekende c.q. geëiste ontslagvergoeding laten leiden door de uitgangspunten van het sociaal plan. De gebondenheid aan het sociaal plan van de werknemer die wel lid is van de vakbond die dat sociaal plan heeft afgesproken staat ter discussie. In twee uitspraken hebben Kantonrechters in Utrecht en Zaandam aangegeven dat ook een werknemer/vakbondslid niet steeds aan het sociaal plan gebonden is. De Kantonrechter te Utrecht erkende wel dat het sociaal plan de werknemer kan binden, maar niet op de wijze waarop een CAO dit op grond van de Wet op de Collectieve Arbeidsovereenkomst doet. Een hogere vergoeding dan overeengekomen in het sociaal plan werd echter niet toegekend. De Kantonrechter te Zaandam ontkende de gebondenheid aan het sociaal plan en kende de werknemer een vergoeding toe.


Commentaar

De billijkheid van de uitkomst van een uitspraak bepaalt soms mede de inhoud van de uitspraak. In het bovenbedoelde geval waarover de Kantonrechter te Utrecht te beslissen had, ging het over een werknemer die 21 jaar in dienst was, ten tijde van het ontslag 53 jaar oud was en slechte kansen op de arbeidsmarkt had. Volgens het sociaal plan zou hij bij het ontslag geen vergoeding krijgen. Dit vanwege de slechte financiële situatie van de werkgever. De Kantonrechter kende de werknemer uiteindelijk een vergoeding van ƒ 10.000 toe. Ook dat is echter niet meer dan een "douceurtje" vergeleken met het bedrag dat waarschijnlijk zou zijn toegekend als de werkgever in normale financiële omstandigheden zou hebben verkeerd.