Kilometerkostenvergoeding geen loon dat recht geeft op een WW-uitkering

Kilometerkostenvergoeding geen loon dat recht geeft op een WW-uitkering
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 2003 / 72
Vindplaats: Zie: CRvB 12 december 2002, nr. 00/3513
Uitspraak

Een werkgever maakt in 1995, 1996 en 1997 gebruik van de diensten van iemand die als koerier fungeert. Met de koerier is een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan de werkgever aan de koerier uitsluitend een bedrag van fl. 0,56 per gereden kilometer vergoedt. Op 15 mei 1998 besluit het toenmalige Lisv dat de werkzaamheden van de koerier als verzekeringsplichtig te beschouwen zijn. De werkgever maakt daartegen bezwaar, welk bezwaar op 19 oktober 1998 gegrond wordt verklaard. Het Lisv besluit dan alsnog dat de koerier niet werkzaam is geweest in een privaatrechtelijke dienstbetrekking of in een daarmee gelijkgestelde arbeidsverhouding ("fictieve dienstbetrekking"). Op zijn beurt stelt de koerier beroep in tegen deze beslissing op het bezwaarschrift van de werkgever. Volgens de koerier is primair sprake van een dienstbetrekking en subsidiair van een fictieve dienstbetrekking.De rechtbank acht geen dienstbetrekking aanwezig. Volgens de rechtbank is wel sprake van een gezagsverhouding en van de verplichting tot persoonlijke dienstverrichting, maar kan de onkostenvergoeding niet als loon worden aangemerkt. Omdat de verplichting tot betaling van loon een vereiste is voor zowel de dienstbetrekking als de fictieve dienstbetrekking, is de rechtbank van mening dat geen sprake is van verzekeringsplicht. In hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep gaat het over de vraag of de kilometerkostenvergoeding als loon te beschouwen is. De koerier stelt daarbij dat sprake is van loon, omdat de vergoeding vanwege de vele kilometers voldoende was om hem in staat te stellen in zijn onderhoud te voorzien.De Centrale Raad van Beroep is van mening dat geen sprake is van loon, omdat geen sprake is van een tegenprestatie voor de verrichte werkzaamheden. De Raad acht daarbij van belang dat de vergoeding niet uitgaat boven hetgeen gebruikelijk is en ook lager is dan het forfaitaire bedrag dat op basis van artikel 6 lid 8 van de Coördinatiewet sociale verzekeringen geldt krachtens een ministeriële regeling (de bekende fl. 0,60 per kilometer). Het feit dat de koerier gebruik maakte van een oude auto en dat hij de onkosten kon drukken door het onderhoud met behulp van een kennis te doen, betekent volgens de Raad nog niet dat de kilometervergoeding loon is. Omdat niet van verzekeringsplicht sprake is heeft het toenmalige Lisv volgens de Raad terecht de eerder aan de koerier betaalde WW-uitkering van fl. 6.413,73 terecht teruggevorderd.


Commentaar

De situatie waarbij werkgevers tegen betaling van uitsluitend een kilometerkostenvergoeding gebruik maken van de diensten van een koerier, komt vaker voor. Doorgaans zijn de koeriers gepensioneerden; soms ook mensen met een uitkering. Op grond van bovenstaande uitspraak van de Centrale Raad van Beroep kan worden aangenomen dat de betaling van uitsluitend een kilometervergoeding lager dan het maximaal fiscaal toelaatbare bedrag van fl. 0,60 = Euro 0,27 per kilometer, met zich meebrengt dat geen premies werknemersverzekeringen behoeven te worden ingehouden. Voor de inhouding van loonbelasting kan hetzelfde verdedigd worden. Toch zit er mogelijk nog een addertje onder het gras. Voor de arbeidsrechtelijke beoordeling van de vraag of sprake is van een arbeidsovereenkomst speelt de fiscale norm van fl. 0,60 = Euro 0,27 per kilometer geen rol. Als aangetoond kan worden dat sprake is van vergoeding van meer dan alleen onkosten, zou op die grond een arbeidsovereenkomst kunnen worden aangenomen. Dat zou kunnen betekenen dat de werkgever loon moet betalen tot het wettelijk minimumloon (of volgens een toepasselijke CAO), dat vakantietoeslag is verschuldigd, dat loon moet worden doorbetaald tijdens vakantie en ziekte en dat recht bestaat op ontslagbescherming.