Werkgever aansprakelijk voor schade van werknemer als gevolg van "burn-out"

Werkgever aansprakelijk voor schade van werknemer als gevolg van
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 2007 / 130
Vindplaats: Kantonrechter Heerlen 23 augustus 2006 en 13 december 2006, www.rechtspraak.nl, ljn: AZ6268 en AZ6276
Uitspraak

De kantonrechter te Heerlen heeft een werkgever veroordeeld om de schade te vergoeden die de werknemer lijdt doordat hij in de uitoefening van zijn werkzaamheden een burn-out met depressieve klachten heeft opgelopen. Bij een eerder vonnis had de kantonrechter een psychiater als deskundige benoemd. Deze heeft geoordeeld dat de werknemer lijdt aan een aanpassingsstoornis met depressieve stemming (zij het dat de klachten aan het verminderen waren) die het gevolg zijn van overbelasting in de werkomstandigheden en die zich zonder die overbelasting niet zouden hebben voorgedaan. De kritiek van de werkgever op het rapport van de deskundige wordt door de kantonrechter weerlegd. Op grond van artikel 3 van de Arbeidsomstandighedenwet had de werkgever zoveel als redelijkerwijs mogelijk is het werk moeten aanpassen aan de persoonlijke eigenschappen van de werknemer en dus moeten zorgen voor een adequaat evenwicht tussen fysieke en psychische belasting en belastbaarheid. De kantonrechter acht de werknemer geslaagd in het bewijs van de stelling dat hij door schending van de norm van artikel 3 van de Arbeidsomstandighedenwet in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade heeft opgelopen. De werkgever krijgt daarom de bewijsopdracht om tegenbewijs daartegen te leveren en voor het geval hij in dat tegenbewijs niet slaagt om aan te tonen dat hij de op hem rustende zorgplicht ter zake van de arbeidsomstandigheden is nagekomen. Uiteindelijk laat de werkgever geen getuigen horen en brengt hij geen bewijsmiddelen naar voren, zodat hij wordt veroordeeld om de schade van de werknemer te vergoeden.


Commentaar

Het vonnis van de kantonrechter heeft ruime aandacht gekregen in de media omdat het het eerste vonnis zou zijn waarin de werkgever wordt veroordeeld om schadevergoeding te betalen aan een werknemer die wegens een "burn-out" arbeidsongeschikt is. De manier waarop de kantonrechter tot zijn veroordeling komt is echter niet nieuw. De bewijslastverdeling die de kantonrechter hanteert is conform de wet en jurisprudentie: als de werknemer aantoont dat hij in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade heeft opgelopen en de werkgever daarvan geen tegenbewijs kan leveren, dan is het aan de werkgever (als hij aansprakelijkheid wil ontlopen) om aan te tonen dat hij de op hem rustende zorgplicht ter zake van veilige arbeidsomstandigheden is nagekomen.

Helaas blijkt uit de vonnissen niet op welke wijze de werkgever de werknemer had overbelast, omdat een eerder tussenvonnis waarin de kantonrechter de deskundige benoemt en waarin ook de door de kantonrechter vastgestelde feiten op dat punt zullen zijn omschreven, niet is gepubliceerd. Volgens berichten in de media zou het gaan om een servicemonteur bij een broodfabriek die extreem lange werkweken zou maken.

De omvang van de schade moet nog in een nadere procedure worden vastgesteld. Als de werknemer daarin inkomensschade toegewezen zou krijgen (verschil tussen WAO-uitkering en loon; de werknemer was volgens de media 43 jaar toen hij ziek uitviel), kan deze behoorlijk oplopen. Minstens zo interessant als deze veroordeling is de zogenaamde "schadestaatprocedure" die nog moet volgen. Zal de rechter daarin bijvoorbeeld reden zien om de omvang van de schadevergoeding te matigen omdat de werknemer zelf eerder had moeten aangeven dat hij overbelast dreigde te raken (uit de twee gepubliceerde vonnissen blijkt niet of dat gebeurd is)? En wat zal de kantonrechter doen als de werkgever stelt dat de schadevergoeding moet worden gematigd omdat de werknemer (naar aan te nemen valt) geprofiteerd heeft van het vele overwerk in de vorm van een overwerkvergoeding?