Ambtshalve toetsing van onredelijk bezwarend beding in algemene voorwaarden


De heer Bel heeft met Telfort B.V. een overeenkomst gesloten voor het mobiel telefoneren. De overeenkomst werd gesloten in februari 2007 en werd aangegaan voor 24 maanden. Omdat de heer Bel in gebreke bleef met de betaling van de abonnements- en gesprekskosten heeft Telfort de telefoonaansluiting op enig moment geblokkeerd. Toen de heer Bel vervolgens nog steeds niet tot betaling overging, heeft Telfort op 6 oktober 2007 gebruik gemaakt van de haar volgens de algemene voorwaarden toekomende bevoegdheid om de overeenkomst met de heer Bel te beëindigen. Telfort vordert vervolgens in rechte de door de heer Bel te betalen achterstallige abonnements- en gesprekskosten alsmede de nog te vervallen abonnementskosten over de resterende contractsduur (tot februari 2009) wegens geleden schade tengevolge van de voortijdige beëindiging van de overeenkomst. Volgens de algemene voorwaarden van Telfort kon Telfort de abonnementskosten over de resterende contractsduur als schadevergoeding vorderen. De heer Bel heeft zich tegen de vorderingen verweerd en heeft gesteld dat hij de overeenkomst met Telfort al in september 2007 telefonisch had opgezegd en dat hij daarom geen abonnementsgelden meer verschuldigd was. De zaak diende bij de rechtbank Middelburg.

Het verweer van de heer Bel wordt door de rechter gepasseerd nu de heer Bel zijn stelling met betrekking tot de, door Telfort betwiste, opzegging van de overeenkomst niet met nadere gegevens kon onderbouwen. Bovendien kon de overeenkomst volgens de algemene voorwaarden van Telfort alleen schriftelijk worden opgezegd. De vordering van Telfort betreffende de achterstallige abonnements- en gesprekskosten werd toegekend.

De door Telfort gevorderde schadevergoeding, bestaande uit de nog te vervallen abonnementskosten over de resterende contractsduur tot februari 2009 wordt daarentegen afgewezen. De kantonrechter overweegt dat hij ingevolge de jurisprudentie van het Europese Hof ambtshalve verplicht is tot toetsing van onredelijk bezwarende bedingen in algemene voorwaarden in consumentenovereenkomsten. Naar het oordeel van de rechter bevatte de betreffende bepaling van de algemene voorwaarden een onredelijk bezwarend beding. Tegenover de verplichting tot betaling van de toepasselijke abonnementskosten over de resterende looptijd van de overeenkomst, staan vanaf de datum van ontbinding, voor zover de rechter bekend, geen diensten meer van Telfort. Het betreffende beding in de algemene voorwaarden wordt door de rechter daarom buiten toepassing gelaten omdat het onredelijk bezwarend is, hetgeen ertoe leidt dat de vordering met betrekking tot schadevergoeding volledig wordt afgewezen.


Kantonrechter Middelburg, 1 februari 2010, www.rechtspraak.nl, ljn BL8575

Bedingen in algemene voorwaarden die voor de wederpartij onredelijk bezwarend zijn, kunnen door de wederpartij vernietigd worden. De wet geeft een opsomming van bedingen in algemene voorwaarden die als onredelijke bezwarend worden aangemerkt en dus vernietigbaar zijn als zij zijn opgenomen in een overeenkomst met een consument. Deze opsomming wordt ook wel de "zwarte lijst" genoemd. De heer Bel had niet aangevoerd dat de betreffende bepaling van de algemene voorwaarden van Telfort onredelijk bezwarend was en heeft zich dus niet beroepen op de vernietigbaarheid van die bepaling. Hier kwam de rechter hem echter tegemoet door de bepaling ambtshalve te toetsen. De rechter kwam bij deze toetsing tot de conclusie dat het beding onredelijk bezwarend was.
Volgens de rechtspraak van het Hof van Justitie van de EG rechtvaardigen de aard en het gewicht van het openbare belang waarop de door de Europese Richtlijn aan de consument verschafte bescherming berust, dat de nationale rechter ambtshalve dient te beoordelen of een contractueel beding oneerlijk is en aldus het tussen de consument en de verkoper bestaande gebrek aan evenwicht dient te compenseren.
Een soortgelijke zaak diende bij de rechtbank Dordrecht en betrof de algemene voorwaarden van Scarlet Telecom B.V. (Kantonrechter Gorinchem 11 januari 2010, nr. 237479, NJF 2010/101).Ook hier vorderde Scarlet Telecom als schadevergoeding het bedrag gelijk aan de betalingstermijnen tot de laatste contractdatum. Ook hier heeft de rechtbank het betreffende beding ambtshalve getoetst en ook hier kwam de rechter tot de conclusie dat het beding onredelijk bezwarend was en dus niet op de overeenkomst van toepassing was. De onredelijkheid van de bedongen schadevergoeding is volgens de rechtbank gelegen in het feit dat de consument het restant aan abonnement dient te betalen, terwijl de consument de daar tegenoverstaande prestatie (gebruik van de het telefoonabonnement) moet missen.
De rechtbank Dordrecht heeft de vordering van Scarlet Telecom echter niet volledig afgewezen. De rechtbank overwoog dat wel een redelijke schadevergoeding moest worden vastgesteld omdat de consument immers door niet tijdig te betalen zijn verbintenis niet is nagekomen. De schade werd door de rechter geschat en begroot op de helft van de abonnementskosten die over de periode na ontbinding van de overeenkomst verschuldigd zouden zijn geweest.
De consument kwam er in deze procedure dus minder goed van af dan de heer Bel die volgens de rechtbank Middelburg helemaal géén schadevergoeding verschuldigd was. Zo ziet u maar dat vergelijkbare zaken niet tot dezelfde of vergelijkbare uitspraken hoeven te leiden en dat het nog wel eens kan uitmaken welke rechter zich over uw zaak buigt.