Belang van vervallen circulaire van voormalige Sociale Verzekeringsraad voor sectorin-deling

Jaar en kwartaal
2018, 2e kwartaal
Nummer
5

Bronnen:
  • Belastingkamer HR 20 april 2018,ECLI:NL:HR:2018:618
  • Circulaire Sociale Verzekeringsraad 3 december 1992

Op grond van artikel 95 van de Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv) is het bedrijfsleven verdeeld in sectoren, die bij ministeriële regeling (artikel 5.1 e.v. jo. bijlage I Regeling Wfsv) worden vastgesteld.

Op grond van artikel 96 Wfsv is elke werkgever van rechtswege aangesloten bij de sector waartoe de werkzaamheden behoren die hij als werkgever doet verrichten. Indien een werkgever werkzaamheden doet verrichten die tot meerdere sectoren behoren is hij van rechtswege aangesloten bij de sector waartoe de werkzaamheden behoren waarvoor hij als werkgever het grootste bedrag aan premieplichtig loon betaalt (of vermoedelijk zal betalen).

De sectorindeling geschiedt bij beslissing van de belastingdienst, inclusief de datum met ingang waarvan deze sectorindeling geldt (artikel 97 lid 2 Wfsv).

De sectorindeling is van belang voor de heffing van de premies werknemersverzekeringen. De eerste zes maanden van de WW-uitkering worden bekostigd uit het sectorfonds (artikel 104 lid 1 onder a Wfsv) zodat het nogal wat verschil kan uitmaken of de werkgever is ingedeeld bij een sector met een hoog dan wel laag risico op korte werkloosheid. Voor kleine werkgevers en deels ook voor middelgrote werkgevers worden verder de premiecomponenten ZW-lasten en WGA-lasten van de gedifferentieerde premie Werkhervattingskas per sector vastgesteld (artikel 2.6 lid 3 respectievelijk lid 5 Besluit Wfsv).

Een bedrijf dat werkzaamheden verrichtte die behoorden tot meerdere sectoren was ingedeeld in de sector Bouwbedrijven (sector 3) maar wilde ingedeeld worden in de sector Agrarisch bedrijf (sector 1). De belastingdienst weigerde dat (ook in bezwaar) omdat 81,3% van de omzet (!) betrekking zou hebben op werkzaamheden die behoren tot het bouwbedrijf. In beroep oordeelde het gerechtshof ’s-Hertogenbosch dat de belastingdienst die weigering ten onrechte had gebaseerd op een circulaire van de Sociale Verzekeringsraad van 3 december 1992. Volgens het hof kon die circulaire geen grondslag bieden voor het besluit van de belastingdienst. De Sociale Verzekeringsraad bestaat niet meer is in 1994 opgevolgd door het College van Toezicht Sociale Verzekeringen en in 2002 door de Inspectie Werk en Inkomen. Op basis van een rapport dat de werkgever had laten opmaken om te bepalen welke CAO van toepassing was en bij welk bedrijfspensioenfonds het bedrijf was aangesloten, bepaalde het hof dat de werkgever moest ingedeeld worden bij de sector Agrarisch bedrijf.

Naar aanleiding van aan cassatieberoep van de Staatssecretaris van Financiën heeft de Belastingkamer van de Hoge Raad in een arrest van 20 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:628 bepaald dat de bedoelde circulaire van de Sociale Verzekeringsraad nog wel van belang is bij de sectorindeling omdat in de toelichting bij de Regeling Wfsv (Staatscourant 2005,242) uitdrukkelijk is aangegeven dat het beleid van de Sociale Verzekeringsraad van toepassing zou blijven. De inhoud van dat beleid is daarbij in die toelichting opgenomen. In die toelichting is onder meer gesteld:

"Het is niet de bedoeling om materiële wijzigingen aan te brengen in de sectorindeling. Om mogelijke onduidelijkheden over de achtergronden en de context van het beleid te voorkomen, wordt hierbij een overzicht gegeven van de relevante voormalige beleidsregels van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen en zijn rechtsvoorgangers:
- Circulaire van Sociale Verzekeringsraad van 25 mei 1955 (Uitleg handelsondernemingen; gerelateerde werkzaamheden).· Circulaire van Sociale Verzekeringsraad van 26 juni 1973 (Inspraak werknemers bij groepsaansluiting).
- Circulaire van Sociale Verzekeringsraad van 28 juli 1982 (Groothandelaren/ grossiers in vlees, vleeswaren en importeurs van bevroren vlees).
- Circulaire van Sociale Verzekeringsraad van 28 december 1987 (Grensafbakening Groothandel / Detailhandel).
- Circulaire van Sociale Verzekeringsraad van 30 mei 1989 (Fictie van één onderneming).
- Circulaire van Sociale Verzekeringsraad van 3 december 1992 (Indeling van cultuurtechnische en civieltechnische bedrijven).
- Brief van 10 juli 1997 (Accountantskantoren).
- Brief van 29 maart 2001 (Dispensatie voor uitzendbedrijven in de Koopvaardij).
- Mededeling van 29 april 1998 (Gelijkheidsbeginsel).
- Mededeling van 30 juni 1998 (Pleegcriterium verhuurbedrijven).
- Mededeling van 11 januari 2001 (Vislos- en sorteerbedrijven).
- Mededeling van 18 januari 2001 (Grensafbakening groothandelssectoren).”


Het arrest van het gerechtshof ’s-Hertogenbosch werd vernietigd en het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden moet nu opnieuw over de zaak oordelen.