Extra geboorteverlof

Jaar en kwartaal
2018, 3e kwartaal
Nummer
6

Bronnen:
  • Voorstel van wet  Wijziging van de Wet arbeid en zorg en enige andere wetten in verband met het geboorteverlof en het aanvullend geboorteverlof teneinde bij te dragen aan de ontwikkeling van de band tussen de partner van de moeder en het kind en tevens de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt te vergroten alsmede uitbreiding van het adoptie- en pleegzorgverlof (Wet invoering extra geboorteverlof),Tweede Kamer 2017-2018, 34967, nummer 2
  • artikel 4:2, 4:2a, 4:2b, 4:2c (nieuw) Wet arbeid en zorg

Op grond van het bepaalde in artikel 4:2 van de Wet arbeid en zorg heeft de werknemer of werkneemster waarvan de echtgenote of partner is bevallen recht op kraamverlof gedurende twee dagen op te nemen in de periode van vier weken na de bevalling. Het gaat dan om verlof met behoud van loon.

Op 14 juni 2018 heeft de regering bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend, waarbij wordt voorgesteld om dit verlof met behoud van loon te verlengen naar één week (eenmaal de arbeidsduur per week) op te nemen in de periode van vier weken na de bevalling. Dit verlof wordt dan voortaan geboorteverlof genoemd.

N.B.: op de dag(en) van de bevalling heeft de werknemer al recht op calamiteiten- en ander kort verzuimverlofmet behoud van loon op grond artikel 4:1 van de Wet arbeid en zorg.

Daarnaast wordt in een nieuw artikel 4:2a van de Wet arbeid en zorg voorgesteld dat in een periode van zes maanden te rekenen vanaf de eerste dag na de dag van de bevalling gedurende vijf weken aanvullend geboorteverlof kan worden opgenomen. Dit aanvullend geboorteverlof is zonder behoud van loon, maar in een nieuw artikel 4:2b van de Wet arbeid en zorg wordt voorzien in een uitkering van het UWV van 70% van het dagloon (met inachtneming van het maximum dagloon). Deze uitkering moet dan via de werkgever worden aangevraagd (artikel 4:2c (nieuw) Wet arbeid en zorg).

De werknemer moet het voornemen om geboorteverlof of aanvullend geboorteverlof op te nemen tenminste vier weken(of als dat niet kan: zo snel mogelijk) tevoren schriftelijk bij de werkgever melden(artikel 4:3 Wet arbeid en zorg). Daarbij moet de werknemer de duur van het verlof en de spreiding daarvan over de week opgeven. De werkgever heeft daarover alleen in zoverre zeggenschap dat de hij de gewenste wijze van invulling van het aanvullend geboorteverlof tot twee weken voorafgaand aan het ingangstijdstip van dat verlof kan wijzigen als er sprake is van zwaarwegende bedrijfsbelangen. Het tijdstip van ingang van het verlof kan afhankelijk worden gesteld van de datum van de bevalling of van de datum van het eindigen van het bevallingsverlof.

In verband met het recht op het geboorteverlof en aanvullend geboorteverlof komt de bepaling te vervallen die inhoudt dat de werknemer het recht heeft om in elk geval gedurende de eerste drie dagen na afloop van het kraamverlof ouderschapsverlof op te nemen (artikel 6:5 lid 4 Wet arbeid en zorg).

Tegelijkertijd wordt binnen de Europese Unie overigens gesproken over een Europese regeling van het geboorteverlof en ouderschapsverlof. Daarbij gaat het om tien dagen geboorteverlof waarbij 80% van het loon moet worden doorbetaald en vier maanden ouderschapsverlof waarbij anderhalve maand moet worden doorbetaald tegen een door elke Lid-Staat te bepalen percentage. De huidige Nederlandse regeling van het ouderschapsverlof houdt in dat 26 weken onbetaald verlof kan worden opgenomen.