Gewijzigde regeling samenloop ZW-uitkering en WAO-, Wajong- of WAZ-uitkering

Jaar en kwartaal
2010, 4e kwartaal
Nummer
2

Bronnen:

  • Wijziging van verschillende wetten in verband met harmonisatie en vereenvoudiging van deze wetten ten behoeve van de uitvoering van die wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezeker-heidswetgeving), wetsontwerp nr. 32421



Een werknemer kan tegelijkertijd recht hebben op enerzijds een Ziektewetuitkering (op grond van de zogenaamde "no risk-polis” van artikel 29b ZW; het gaat dan vooral om werknemers die in dienst gekomen zijn als "arbeidsgehandicapte werknemer”) en anderzijds op een WAO-uitkering (maar dat kan ook een Wajong-uitkering of WAZ-uitkering zijn; omdat dat het meest voorkomend is wordt hierna uitgegaan van een WAO-uitkering). Die WAO-uitkering kan zijn toegekend omdat sprake is van:
  • een toename van arbeidsongeschiktheid die reeds eerder was vastgesteld op tenminste 45% (artikel 38 WAO: wachttijd vier weken);
  • een toename van arbeidsongeschiktheid binnen vier weken na intrekking van een WAO-uitkering die oorspronkelijk was berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van tenminste 45% (artikel 47 WAO: wachttijd vier weken);
  • het intreden van arbeidsongeschiktheid binnen vijf jaar na de laatste beslissing tot toekenning, herziening of intrekking van de WAO-uitkering, waarbij de arbeidsongeschiktheid voortkomt uit dezelfde oorzaak als ter zake waarvan de werknemer bij het einde van de wachttijd arbeidsongeschikt was (artikel 43a WAO, wet "Amber”: wachttijd vier weken).
De regels die zien op de samenloop van deze uitkeringen (artikelen 32 en 32a ZW) zijn ingewikkeld. De hoofdregel is dat de Ziektewetuitkering alleen wordt uitbetaald indien en voor zover die hoger is dan de toegekende, heropende of verhoogde WAO-uitkering. Er lopen dan dus twee uitkeringen naast elkaar. Bij toepassing van artikel 43a WAO wordt daarentegen alleen Ziektewetuitkering betaald, maar als de WAO-uitkering hoger is dan de Ziektewetuitkering wordt in plaats van de Ziektewetuitkering de WAO-uitkering betaald. Deze situatie leidt, zeker als de beoordeling wat langere tijd in beslag neemt en dus met terugwerkende kracht plaatsvindt, tot terugvorderingen en verrekeningen, naast elkaar lopende uitkeringen en uitkeringen die door het UWV ten laste van verschillende fondsen moeten worden gebracht.

Daarom wordt voorgesteld om bij samenloop in beginsel alleen de Ziektewetuitkering te betalen, en de WAO-uitkering alleen nog voor zover die meer bedraagt dan de Ziektewetuitkering. In de meeste gevallen is de Ziektewetuitkering hoger en blijft de betaling dus beperkt tot de Ziektewetuitkering. Hierdoor kan het UWV besparen op uitvoeringskosten.

In de WIA speelt het probleem van de verrekening van Ziektewet- en WGA-uitkering geen rol. De WGA-uitkering bestaat uit 70% van het verschil tussen het maandloon en het verworven inkomen. Bij toekenning van een Ziektewetuitkering wordt in plaats van het verworven inkomen de Ziektewetuitkering van het maandloon afgetrokken. De Ziektewetuitkering wordt dan gewoon uitbetaald. Voor de WGA-uitkering heeft dit geen gevolgen.