Op 8 februari 2017 is de wet in het
Staatsblad gepubliceerd waarmee wijzigingen worden aangebracht in de Wet
minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML). Bij Koninklijk Besluit van 12
april 2017 is de inwerkingtreding van deze wet aldus geregeld dat:
de verlaging van de leeftijd waarop een
werknemer recht heeft op het minimumloon van een volwassene op 1 juli 2017 in
werking treedt;
het recht op minimumloon bij meerwerk op 1
januari 2018 in werking treedt;
de gewijzigde regeling van het recht op
minimumloon bij stukloon op 1 januari 2018 in werking treedt.
Ten aanzien van stukloon voorzag de
wet in artikel 12 lid 4 WML in een regeling die bepaalde dat bij stukloon
("niet naar tijdsruimte vastgesteld loon”) het minimumloon werd berekend op
basis van de tijd die redelijkerwijs met de uitvoering van de verrichte arbeid
is gemoeid (artikel 12 lid 6 WML). Deze regeling bemoeilijkte de handhaving van
de WML, omdat het daardoor moeilijk is aan te tonen dat (en zo ja hoeveel) op
individueel niveau onderbetaald wordt. Dat was immers afhankelijk van een in
een concreet geval moeilijk vast te stellen norm ("de tijd die redelijkerwijs
met de uitvoering van de verrichte arbeid is gemoeid”).
Het wetsvoorstel voorzag
aanvankelijk slechts in een wijziging waardoor het minimumloon toch zou moeten
worden berekend op basis van de daadwerkelijk bestede tijd. Afspraken over
stukloon zouden daarbij nog wel rechtsgeldig zijn maar slechts effectief zijn
voor zover zij uitgaan boven het minimumloon, berekend op basis van de
daadwerkelijk bestede tijd.
Die bepaling werd door de Tweede
Kamer onwerkbaar geacht voor specifieke werkzaamheden zoals het bezorgen van
folders en dagbladen. De Tweede Kamer heeft daarom een amendement aangenomen,
waardoor van de betreffende bepaling in de wet kan worden afgeweken in
situaties waarbij de werknemer een zekere mate van vrijheid heeft om de
werkzaamheden zelf in te richten in combinatie met de omstandigheid dat de
werkgever niet of moeilijk toezicht kan houden op die werkzaamheden. Het
amendement houdt in dat de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op
verzoek van de Stichting van de Arbeid bepaalde werkzaamheden in een
bedrijfstak kan aanwijzen waarvoor, als voorheen, het minimumloon wordt
berekend op basis van "de tijd die redelijkerwijs met de uitvoering van de te
verrichten werkzaamheden is gemoeid” (de zogenaamde stukloonnorm) (artikel 12a
WML). Deze mogelijkheid geldt niet voor de uitzendovereenkomst (artikel 12a lid
2 WML). Als een dergelijke aanwijzing door de Minister heeft plaatsgevonden kan
de werkgever met de werknemer overeenkomen dat voor de betreffende
werkzaamheden de stukloonnorm geldt (artikel 12b WML).
Aan de totstandkoming van een
aanwijzing door de Minister zou de vaststelling van een stukloonnorm voor de
betreffende werkzaamheden vooraf dienen te gaan. Die stukloonnorm zou moeten
worden vastgesteld door de Stichting van de Arbeid, waarin werkgevers- en werknemersorganisaties
zijn verenigd. De bepaling van artikel 12a lid 3 en 4 WML houdt echter ook
rekening met de mogelijkheid dat een verzoek aan de Minister om tot een
aanwijzing over wordt gegaan wordt gedaan door alleen de
werkgeversorganisaties, namelijk wanneer de werknemersorganisaties weigeren mee
te werken aan een gezamenlijk verzoek aan de Minister om tot aanwijzing over te
gaan op gronden die geen verband houden met de stukloonnorm op zich. Voor dat
geval kan de Minister een regeling treffen waaruit blijkt op welke wijze dan
het verzoek tot aanwijzing dient te worden gedaan.
Van deze bevoegdheid heeft de
Minister gebruik gemaakt in de Regeling voorwaarden en publicatie stukloonnorm.
Deze regeling komt er op neer dat in dat geval de stukloonnorm moet worden
vastgesteld door een commissie van deskundigen.
Realiseer grote besparingen en laat ons uw premiebesluit 2024 controleren!
Op 25 november 2023 stuurde de belastingdienst aan werkgevers de beschikking gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2024. In dit besluit is vermeld hoe hoog de premie is die de werkgever in 2024 aan de belastingdienst moet betalen. Voor (middel)grote werkgevers wordt de hoogte van die premie beïnvloed door de bedragen die in 2022 als Ziektewet- respectievelijk WGA-uitkering zijn uitbetaald aan (ex-) werknemers. Uit de controles van premiebesluiten en daaraan ten grondslag liggende uitkeringsbesluiten die wij in het verleden uitvoerden blijkt dat de kans dat de premie te hoog is vastgesteld maar liefst 66% bedraagt!
U heeft nog:00days,
00hours, 00minutes en
00seconds
Vaktechnisch overleg arbeidsrecht en sociale verzekeringen
Tijdens het vaktechnisch overleg (vier maal per jaar) bespreken wij vragen van deelnemers en de actualiteiten van de voorgaande drie maanden. De eerstvolgende bijeenkomsten vinden plaats op:
- maandag 4 december 2023: Koning Willem II-stadion, Tilburg
- woensdag 6 december 2023: Van der Valk Hotel Zwolle
- donderdag 7 december 2023: Van der Valk Hotel Dordrecht
- maandag 11 december 2023: Flonk Hotel Groningen Zuid, voorheen: Best Western Plus Hotel Groningen Plaza (of online)
- dinsdag 12 december 2023: Novotel Hotel Eindhoven
- woensdag 13 december 2023: Van der Valk Hotel Middelburg (!)
- donderdag 14 december 2023: Van der Valk Hotel Akersloot (of online)
- dinsdag 19 december 2023: De Soesterduinen, Soest
Online deelname is mogelijk bij de bijeenkomsten van maandag 11 december 2023 en donderdag 14 december 2023.
Is uw werknemer bijna twee jaar arbeidsongeschikt? Dan komen veel vragen op u af. Wilt u zeker weten dat u de juiste beslissingen neemt? Neem dan tijdig contact met ons op voor een WIA-Poort Scan!
Wilt u daarbij ook concrete adviezen ontvangen waarmee u eventueel zelf gewenste acties kunt nemen? Upgrade dan uw arbeidsrecht abonnement naar een plus- of top abonnement!