Is overstappen van elf werknemers naar concurrent onrechtmatig?

Is overstappen van elf werknemers naar concurrent onrechtmatig?
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 2012 / 219
Vindplaats: Voorzieningenrechter rechtbank Amsterdam 11 oktober 2012, www.rechtspraak.nl, LJN BY3785
Uitspraak

Een bedrijf dat werkzaam is op de consultancy markt zag elf consultants ineens overstappen naar een concurrent. Handelden de werknemers daardoor onrechtmatig? En handelde de concurrent onrechtmatig?



Wat was er aan de hand?

De elf consultants waren tot 1 oktober 2012 werkzaam bij het consultancybedrijf en bedienden daarbij cliënten in de telecom en media. Zij bekleedden binnen het bedrijf functies in de twee hoogste geledingen. In juli 2012 hebben zij hun arbeidsovereenkomsten opgezegd om bij een concurrent in dienst te treden. Met de werknemers was een relatiebeding overeengekomen, een geheimhoudingsbeding en een beding dat de werknemers verbood andere werknemers te bewegen de arbeidsovereenkomst met de werkgever te beëindigen. In verband met het vertrek van zoveel hoog geplaatste werknemers ineens naar één en dezelfde concurrerende onderneming heeft de werkgever een onderzoek gestart naar de achtergronden daarvan. In dat verband zijn onder meer de laptops van de vertrekkende werknemers onderzocht. Uit dat onderzoek is onder meer gebleken dat de vertrekkende werknemers gezamenlijk een business-case hebben voorbereid en aan de nieuwe werkgever hebben gepresenteerd. Ook is vast komen te staan dat de nieuwe werkgever de overstappende werknemers een bonus zou betalen bij indiensttreding en dat de kosten van juridische bijstand van de werknemers door de nieuwe werkgever zouden worden vergoed. Tenslotte is gebleken dat de vertrekkende werknemers zijn opgeroepen om persoonlijke gegevens van hun p.c.’s te halen en daarbij vooral te letten op een aantal codewoorden die zij in hun onderlinge communicatie steeds hebben gebruikt om onder meer de oude en nieuwe werkgever aan te duiden.

De werkgever, die per 1 oktober 2012 aldus een heel bedrijfsonderdeel verliest, laat het hier uiteraard niet bij zitten en vordert in kort geding dat de vertrekkende werknemers en de nieuwe werkgever correspondentie en documenten overleggen betreffende de indiensttreding bij de nieuwe werkgever en dat de nieuwe werkgever documentatie overlegt betreffende de arbeidsvoorwaarden van de vertrekkende werknemers. De werkgever wil met die documenten voldoen aan zijn bewijslast in een eventuele procedure tegen de werknemers en de nieuwe werkgever. Voordat een dergelijke vordering kan worden toegewezen moet de werkgever onder meer aantonen dat er een rechtsbetrekking is met de partij die documenten moet overleggen.

Voor wat betreft de nieuwe werkgever stelt de oude werkgever dat die rechtsbetrekking een onrechtmatige daad is. De nieuwe werkgever zou een onrechtmatige daad hebben gepleegd door het stelselmatig benaderen van werknemers met het oogmerk hen tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst te bewegen.



Hoe kwam de voorzieningenrechter tot zijn beslissing?De voorzieningenrechter wijst de vordering tegen de nieuwe werkgever echter af, omdat zijn voorlopig oordeel is dat het een werkgever in beginsel vrij staat personeel te werven en daarbij arbeidsvoorwaarden aan te bieden die naar zijn mening recht doen aan de toegevoegde waarde die de werknemer voor zijn onderneming heeft. Er is daarbij geen limiet aan het aantal werknemers dat in een bepaalde periode van dezelfde werkgever afkomstig mag zijn en ook het afhankelijk stellen van bepaalde beloningsbestanddelen van het mede overstappen van andere werknemers is niet onrechtmatig. Van onrechtmatigheid zou pas sprake zijn als de werkgever stelselmatig personeelsleden van zijn concurrent zou hebben benaderd om bij hem in dienst te treden teneinde zodoende de bedrijfsvoering van die concurrent aan te tasten. Daarvan is echter niet gebleken, ook al is wel komen vast te staan dat de werknemers hun vertrek in onderling contact hebben gecoördineerd om zo betere arbeidsvoorwaarden te kunnen bedingen. Een onrechtmatige daad zou ook aanwezig zijn als de nieuwe werkgever een ongerechtvaardigd voordeel zou genieten van wanprestatie van de vertrekkende werknemers. Van overtreding van het relatiebeding is echter niet gebleken, ook al zouden de vertrekkende werknemers van plan zijn om tijdens de looptijd van dit beding over en weer elkaars klanten te bedienen. Van overtreding van het geheimhoudingsbeding is eveneens niet gebleken. Met betrekking tot een eventuele overtreding van het beding om andere werknemers te werven is volgens de kantonrechter niet gebleken van opzet van de zijde van de nieuwe werkgever.

De voorzieningenrechter wijst daarentegen wel de vordering tegen de vertrekkende werknemers toe. Volgens de oude werkgever bestaat de vereiste rechtsbetrekking hier uit handelen in strijd met de contractuele verplichtingen (met name het geheimhoudingsbeding en het verbod te werven onder werknemers) en strijd met goed werknemerschap. De voorzieningenrechter stelt de vrijheid van arbeidskeuze voorop. De gelijktijdige overstap met een aantal andere werknemers is niet onrechtmatig. Evenmin onrechtmatig is overleg daarover, het treffen van voorbereidingen voor een gelijktijdige overstap en het inwinnen van advies bij de nieuwe werkgever. Volgens de voorzieningenrechter is niet aannemelijk geworden dat het doel van de gezamenlijke overstap was om de hele praktijk op het gebied van telecom en media mee over te nemen. Dat zou wel onrechtmatig zijn, omdat het verboden is stelselmatig gebruik te maken van klantencontacten om daardoor het duurzame “bedrijfsdebiet” van de werkgever af te breken. Er is echter niet gebleken dat cliënten benaderd zijn. Dat de vordering tegen de vertrekkende werknemers wordt toegewezen is omdat de voorzieningenrechter aannemelijk acht dat bij de presentatie van de business case aan de nieuwe werkgever de namen van cliënten en potentiële cliënten aan de nieuwe werkgever bekend zijn gemaakt. Waar van de cliënten wordt gesteld dat die algemeen bekend zijn, geldt dat in elk geval niet voor de potentiële cliënten. De werknemers moeten daarom aan de werkgever een afschrift verstrekken van alle documenten betreffende de presentatie van hun business case. Omdat ook overtreding van het verbod om onder werknemers te werven aannemelijk is ten aanzien van enkele werknemers die het voortouw hebben genomen in de contacten met de nieuwe werkgever, moeten die werknemers ook kopieën van hun correspondentie met de nieuwe werkgever en de andere werknemers overleggen.


Commentaar

De vertrekkende werknemers en de nieuwe werkgever hebben op zijn gunstigst geopereerd op het randje van wat misschien nog net toelaatbaar was. Niet uitgesloten is dat uit het bewijsmateriaal dat nu moet worden geopenbaard zal blijken dat het optreden onrechtmatig was. In dat geval wacht de vertrekkende werknemers en de nieuwe werkgevers een forse schadeclaim, want vast staat dat de oude werkgever een heel praktijkonderdeel verliest.