Ontbinding arbeidsovereenkomst werknemer wegens liefdesrelatie met echtgenote van collega

Ontbinding arbeidsovereenkomst werknemer wegens liefdesrelatie met echtgenote van collega
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 2012 / 205
Vindplaats: Kantonrechter Haarlem 21 december 2011, www.rechtspraak.nl, LJB: BU9411
Uitspraak

Een werkgever die de arbeidsovereenkomst met een werknemer wilde ontbinden omdat een onwerkbare situatie was ontstaan nadat die werknemer een liefdesrelatie met een echtgenote van een collega was begonnen, moest aan die werknemer een ontslagvergoeding betalen.Tot die beslissing kwam de kantonrechter te Haarlem in het geval van een bedrijf dat zich bezig hield met de revisie van bestaande orgels.



Wat was er aan de hand?

In mei 2009 was daar een 29-jarige werknemer in dienst getreden, die bevriend raakte met het daar al sinds 1993 werkzame hoofd onderhoud. Deze vriendschapsrelatie leidde er toe dat de werknemer een liefdesrelatie begon met de echtgenote van zijn collega. De spanningen die dat met zich meebracht hadden tot gevolg dat de werknemer zich op 25 januari 2011 ziek meldde. De bedrijfsarts oordeelt vervolgens dat de klachten en beperkingen die de werknemer claimt niet berusten op een ziekte of gebrek, maar samenhangen met de werksituatie. Pas op 23 augustus 2011 gaat de werkgever tot actie over. Hij schrijft dan een brief aan de werknemer waarin hij wijst op de onwerkbare situatie en roept de werknemer op de relatie met de echtgenote van zijn collega te beëindigen, bij gebreke waarvan een ontslagprocedure in gang zal worden gezet. De werknemer beëindigt de relatie (natuurlijk) niet en het komt tot een procedure bij de kantonrechter, waarin de werkgever verzoekt om de arbeidsovereenkomst van de werknemer te ontbinden.



Wat beslist de kantonrechter?

De kantonrechter stelt daarbij voorop dat de werkgever in beginsel geen bemoeienis heeft met het privéleven van zijn werknemers, maar dat de werkgever desondanks de beëindiging van de arbeidsovereenkomst kan nastreven als persoonlijke omstandigheden van de werknemer de goede uitvoering van de arbeidsovereenkomst ernstig (dreigen te) schaden en in redelijkheid geen andere oplossingen ter beschikking staan. Omdat de medewerkers van het orgelbedrijf in nauwe samenwerking met elkaar in een klein team specialistisch werk moeten verrichten, waarbij de collega verantwoordelijk is voor het hele traject en de werknemer regelmatig bij de uitvoering van een project wordt ingezet, is de kantonrechter van mening dat sprake is van een gewichtige reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst.

Ten aanzien van de vraag of aan de werknemer ter zake van het ontslag een vergoeding ten laste van de werkgever toekomt, overweegt de kantonrechter dat het de werknemer is die de onwerkbare situatie heeft veroorzaakt door een relatie aan te gaan met de echtgenote van een collega en die aldus het risico heeft genomen dat daardoor gevolgen voor de arbeidsrelatie zouden kunnen ontstaan. De kantonrechter overweegt echter ook dat het het risico is van de werkgever dat het een privégebeurtenis gevolgen heeft voor de arbeidsverhouding, omdat het de werkgever is die zeer collegiale verhoudingen verlangt om het werk op het gewenste niveau te kunnen uitvoeren. Hoewel de kantonrechter vindt dat de werknemer wel had moeten proberen om met zijn collega “on speaking terms” te blijven, concludeert de kantonrechter dat de ontstane situatie aldus noch aan de werkgever noch aan de werknemer te wijten is. De kantonrechter kent daarom aan de werknemer een vergoeding toe van € 3.500 bruto.


Commentaar

De toegekende ontslagvergoeding was natuurlijk niet erg hoog, maar is wel conform de kantonrechtersformule met hantering van correctiefactor 1. Indien de kantonrechter ook bij een oudere werknemer en/of een werknemer met een langer dienstverband dit uitgangspunt zou toepassen, zou de werkgever wel een potentieel aanzienlijke ontslagvergoeding aan de werknemer moeten betalen. Wij plaatsen onze vraagtekens bij het uitgangspunt van de kantonrechter dat sprake is van een zogenaamde “neutrale” ontbinding. Met name het argument dat het de werkgever is die zeer collegiale verhoudingen verlangt om het werk op het vereiste niveau uit te voeren, spreekt ons niet aan. Eist niet elke werkgever collegiale verhoudingen en wil niet elke werkgever het werk op het vereiste niveau uitgevoerd zien? En zelfs als dit geval daarin bijzonder was, dan was dat toch ook aan de werknemer bekend toen hij een liefdesrelatie begon met de echtgenote van een collega en daarmee het voorzienbare risico aanvaardde dat zijn arbeidsovereenkomst daardoor zou moeten eindigen wegens een onwerkbare arbeidsverhouding? Naar onze mening wordt de werkgever door de kantonrechter ten onrechte afgerekend op de voorzienbare gevolgen van het gedrag van de werknemer, zonder dat de werkgever enige mogelijkheid had om dat gedrag te beïnvloeden.