Vanaf 2004 sectorgewijze premiedifferentiatie WAO voor kleine werkgevers

Vanaf 2004 sectorgewijze premiedifferentiatie WAO voor kleine werkgevers
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 2003 / 83
Vindplaats: ?Wijziging van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering in verband met de invoering van branchegewijze premiedifferentiatie voor kleine werkgevers? (wetsontwerp nr. 29292), ?Besluit van 12 november 2003 tot wijziging van het Besluit premiedifferentiatie WAO en het Besluit beperking eigenrisicodragen WAO in verband met de invoering van branchegewijze premiedifferentiatie voor kleine werkgevers? (Koninklijk Besluit van 12 november 2003, Staatsblad 2003, nummer 474) en ?Besluit gedifferentieerde premie, opslagen en kortingen WAO 2004? (Besluit van het UWV van 10 november 2003), Staatscourant 26 november 2003, nummer 229
Uitspraak

De regering heeft bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend, dat het mogelijk moet maken om de gedifferentieerde WAO-premie voor kleine
werkgevers (voor het jaar 2004 zijn dat werkgevers met een premieplichtige loonsom in 2002 onder de grens van 625.000) vast te stellen op een per bedrijfstak vast percentage. Tegelijkertijd is een besluit in het Staatsblad gepubliceerd, dat regelt hoe de sectorgewijze vaststelling moet plaatsvinden. Dat gebeurt namelijk op basis van de WAO-uitkeringen die in de loop van het betreffende kalenderjaar naar verwachting zullen worden uitbetaald aan werknemers van kleine werkgevers in de sector in vergelijking met de te verwachten premieloonsom van dat jaar. Op basis van dat besluit heeft het UWV vervolgens weer een besluit genomen waarbij de premies voor iedere sector zijn vastgesteld.


Commentaar

De sectorgewijze premiedifferentiatie leidt volgens de regering voor
ongeveer 70% van de werkgevers tot een lagere premie dan zonder
sectorgewijze premiedifferentiatie het geval zou zijn geweest. De resterende 30% draagt dan automatisch de lasten van die lagere premie.
De indeling in sectoren waarbij de premiedifferentiatie aansluit, is die welke ook geldt voor de WW bij de bepaling van het wachtgeldfonds waarvoor de werkgever premie dient te betalen. Hoewel de sectorindeling (voorheen geregeld in de Organisatiewet sociale verzekeringen) sinds 1 januari 2002 geregeld is in de WW, sluiten de nieuwe tekst van het Besluit premiedifferentiatie WAO en het Besluit van het UWV daarbij zonder meer aan.
Voor het eerst wordt niet meer uitgegaan van de werkelijk uitbetaalde
WAO-uitkeringen van het jaar dat is gelegen twee jaar voor het jaar waarover de gedifferentieerde WAO-premie moet worden betaald, maar van de naar verwachting uit te betalen WAO-uitkeringen in het premiejaar zelf. Daarvoor is gekozen omdat de sectorgewijze premiedifferentiatie anders om uitvoeringstechnische redenen niet per 1 januari 2004 zou kunnen worden ingevoerd. Dat is echter wonderlijk, omdat met de sectorgewijze premiedifferentiatie wordt beoogd branches te stimuleren tot collectieve maatregelen om het beroep op de WAO terug te dringen. Die branches worden nu echter niet afgerekend op het werkelijke beroep op de WAO, maar op het verwachte beroep op de WAO.
De gang van zaken rond de wetswijziging is ronduit slordig. Het wetsontwerp is pas bij de Tweede Kamer ingediend op 12 november 2003, kort voor het tijdstip waarop het UWV de beschikkingen tot vaststelling van de gedifferentieerde WAO-premie over het jaar 2004 dient te gaan verzenden. Dit terwijl de sectorgewijze premiedifferentiatie al was aangekondigd in het regeerakkoord van het eerste kabinet Balkenende op 3 juli 2002. Indien het UWV de beschikkingen tot vaststelling van de gedifferentieerde WAO-premie
vaststelt voordat het wetsontwerp in werking is getreden, doet het UWV dat met een zeer betwistbare wettelijke grondslag. Anders dan in 2003, toen er voor kleine werkgevers in het geheel geen premiedifferentiatie plaatsvond, vindt in 2004 wel premiedifferentiatie plaats en wordt bij de vaststelling
van de hoogte van de gedifferentieerde WAO-premie wel rekening gehouden met het arbeidsongeschiktheidsrisico, maar anders dan de wet (mede gezien in het licht van de wetsgeschiedenis) voorschrijft, vindt de premiedifferentiatie niet plaats op grond van het arbeidsongeschiktheidsrisico van de individuele werkgever. De Minister heeft in een brief aan de Tweede Kamer van 13 mei
2003 al medegedeeld dat hij een wijziging van het Besluit
premiedifferentiatie WAO voldoende achtte om de sectorgewijze
premiedifferentiatie door te voeren, maar dat een wetswijziging gewenst was om de juridische grondslag voor sectorgewijze premiedifferentiatie ?te expliciteren en te verduidelijken?. Deze wetswijziging moet nu achteraf en met terugwerkende kracht tot stand komen. De Minister stelt zich daarmee opnieuw bloot aan het risico dat werkgevers die met de sectorgewijze premiedifferentiatie slechter af zijn dan met de individuele premiedifferentiatie waarvan de wet uitgaat, bezwaar maken tegen de vaststelling van de gedifferentieerde WAO-premie over 2004 vanwege het (althans vooralsnog) ontbreken van een wettelijke grondslag voor de gekozen wijze van vaststelling.