Werkgever aansprakelijk voor gemiste Ziektewetuitkering werknemer

Werkgever aansprakelijk voor gemiste Ziektewetuitkering werknemer
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 2010 / 180
Vindplaats: Kantonrechter ’s-Hertogenbosch 15 april 2010, www.rechtspraak.nl, ljn: BM1247
Uitspraak

Bij een transportbedrijf is van 9 juli 2007 tot 9 januari 2008 een vrachtwagenchauffeur in dienst geweest. Op 4 oktober 2007 heeft deze zich ziek gemeld, naar eigen zeggen telefonisch bij de planner die zijn leidinggevende is, maar volgens de werkgever door tegen de planner te zeggen dat hij zich niet lekker voelde en in elk geval niet bij zijn leidinggevende én de afdeling Personeelszaken, zoals door het verzuimreglement is voorgeschreven.

Volgens de werkgever bleek telefonisch contact met de werknemer vervolgens onmogelijk en nadat een aantal dagen van de werknemer niets was vernomen, heeft de werkgever een aangetekende brief geschreven met de mededeling dat hij er van uit ging dat hij ontslag genomen had. Dat leidt tot protest middels een brief van de advocaat van de werknemer, waarna het transportbedrijf laat weten de ziekmelding alsnog per 25 oktober 2007 te accepteren, maar de tijd van 4 tot en met 24 oktober 2007 te beschouwen als opgenomen vakantiedagen of onbetaald verlof. Vanaf 25 oktober 2007 betaalt de werkgever dan weer het salaris. Bij het eindigen van de arbeidsovereenkomst op 9 januari 2008 doet de werkgever echter geen melding aan het UWV dat de werknemer “ziek uit dienst’ gaat. Daardoor kent het UWV aan de werknemer geen Ziektewetuitkering toe. Volgens de werkgever was per het einde van de arbeidsovereenkomst geen sprake meer van arbeidsongeschiktheid en is de melding om die reden niet gedaan. Op twee verzoeken van de advocaat van de werknemer om de melding aan het UWV alsnog te doen, reageert het transportbedrijf niet. Daarom vordert de werknemer bij de kantonrechter het niet betaalde loon over de periode van 4 tot en met 24 oktober 2007 en een bedrag gelijk aan het niet ontvangen ziekengeld.

De kantonrechter wijst de vordering tot betaling van loon over de periode van 4 tot en met 24 oktober 2007 af omdat de werknemer weliswaar niet zonder enig bericht is weggebleven van zijn werk, maar ook niet de ziekmelding heeft gedaan zoals die (hetgeen door de werknemer niet weersproken is) door het verzuimreglement was voorgeschreven.

Bij gebreke van bewijs van het tegendeel gaat de kantonrechter er van uit dat de werknemer vervolgens tot het einde van de arbeidsovereenkomst arbeidsongeschikt is gebleven. De werkgever had dus een ziek-uit-dienst-melding moeten doen, welke voor het UWV fungeert als aanvraag voor een Ziektewetuitkering. Het transportbedrijf had nog aangevoerd dat de toekenning van een Ziektewetuitkering niet (uitsluitend) afhankelijk is van de vraag of de werkgever die melding heeft gedaan. De kantonrechter begrijpt dat verweer als een beroep op het ontbreken van causaal verband tussen de meldingsplicht en de gestelde schade en acht het verweer in zoverre gegrond, dat hij van mening is dat het UWV in eerste instantie moet beoordelen of een werknemer in aanmerking komt voor een uitkering. Daarom houdt hij de verdere behandeling van de zaak aan om de werkgever in de gelegenheid te stellen alsnog de ziek-uit-dienst-melding te doen en vervolgens te bezien waartoe dit leidt. Het verweer van het transportbedrijf dat de werknemer zelf meer had moeten doen om een uitkering te krijgen, wijst de kantonrechter van de hand, omdat de advocaat van de werknemer zich meerdere malen tevergeefs tot het UWV heeft gewend.


Commentaar

De Ziektewet is bijzonder onduidelijk als het gaat om de wijze waarop een Ziektewetuitkering dient te worden aangevraagd. Zeker is dat de werkgever (op straffe van een boete van e 454) verplicht is om in geval van arbeidsongeschiktheid op de laatste dag van het dienstverband aan het UWV te melden dat de arbeidsovereenkomst eindigt en dat dit in de praktijk door het UWV wordt gezien als aanvraag van een Ziektewetuitkering. Maar of de werknemer de uitkering ook zelf kan aanvragen als de werkgever die melding niet doet is niet erg duidelijk. Kennelijk heeft het UWV dat in dit geval niet willen doen, ondanks dat de advocaat van de werknemer er wel om gevraagd had. Waarschijnlijk om die reden wil de kantonrechter de werkgever eerst nog in staat stellen om de melding alsnog te doen, in de hoop dat het UWV dan de Ziektewetuitkering misschien alsnog toekent. Dat mag de werkgever dan ook hopen, want bij gebreke daarvan lijkt de kantonrechter de vordering van de werknemer tot schadevergoeding te gaan toewijzen.

Werkgevers doen er verstandig aan een melding van de werknemer die er op kan wijzen dat de werknemer zich ziek acht als een ziekmelding te beschouwen, ook als die ziekmelding niet precies volgens de regels verloopt. Het is dan aan de bedrijfsarts om te beoordelen of de werknemer inderdaad ziek is. Als deze oordeelt dat dat niet het geval is, kan de werkgever loonbetaling weigeren. De ziek-uit-dienst-melding had in dat geval ook achterwege kunnen blijven. Nu loopt de werkgever het risico te worden veroordeeld tot schadevergoeding omdat de ziek-uit-dienst-melding ten onrechte achterwege gebleven is.