Geen terugbetaling studiekosten bij ontslag tijdens proeftijd
Datum: 00-00-0000 Uitgavejaar en uitgavenummer: 1998 / 17 Vindplaats: Zie: kantonrechter Amsterdam 20 november 1997, Praktijkgids 1998, 4895
Uitspraak
Een werkgever en een werknemer sluiten op 7 december 1995 een arbeidsovereenkomst voor de duur van twee jaar, ingaand per 1 april 1996. In de arbeidsovereenkomst is een proeftijd van twee maanden bedongen. Op 1 maart 1996 sluiten zij een studiecontract waarbij de werknemer zich verbindt het twee jaar durende management trainee programma van de werkgever te volgen. Bij tussentijdse beëindiging van de arbeidsovereenkomst moet de werknemer de kosten daarvan ( 15.000) aan de werkgever terugbetalen. Als de werkgever op 28 mei 1996 de arbeidsovereenkomst met een beroep op het proeftijdbeding beëindigt, ontstaat een geschil over deze terugbetalingsverplichting. De kantonrechter oordeelt dat het opleggen van de voorwaarde tot terugbetaling van een bedrag van ongeveer een half netto jaarsalaris het gebruik van de proeftijd door de werknemer nagenoeg onmogelijk zou maken. Omdat dit onaanvaardbaar is, moet het er volgens de kantonrechter voor worden gehouden dat de werknemer eerst bij tussentijdse beëindiging na het einde van de proeftijd tot vergoeding van de studiekosten kan worden aangesproken. Daarbij speelde nog een rol dat de training twee jaar zou duren terwijl de werknemer nog geen twee volle maanden in dienst is geweest.
Commentaar
Voor de geldigheid van een proeftijdbeding is vereist dat beide partijen er gelijkelijk een beroep op kunnen doen. Dit argument wordt door de kantonrechter aangegrepen om te ontkomen aan een wel erg ver strekkende verplichting tot terugbetaling van studiekosten. Niet ondenkbaar was geweest dat de kantonrechter op diezelfde grond had geoordeeld dat geen beroep op het proeftijdbeding mogelijk was, maar daarover ging het geschil van partijen niet.
Werkgevers die eigenrisicodrager zijn voor de WGA moeten in 2025 een belangrijke keuze maken!
Voor veel werkgevers die eigenrisicodrager zijn voor de WGA verloopt op 1 januari 2026 de looptijd van de afgesloten verzekering. Dat betekent dat in het najaar een keuze moet worden gemaakt voor het al dan niet voortzetten van het eigenrisicodragen. Als gekozen wordt voor voortzetting van het eigenrisicodragen zal vervolgens een keuze moeten worden gemaakt voor een verzekeringsmaatschappij.
Wij kunnen zorgen voor onafhankelijk advies over de voor- en nadelen van eigenrisicodragen. Wij gebruiken daarbij de meest nauwkeurige berekeningen van de terugkeerpremie die u zou betalen als u besluit terug te keren naar het publieke stelsel. Met deze informatie kan uw assurantietussenpersoon u vervolgens eventueel adviseren over de voor u meest gunstige verzekering.
Voor welke werknemers geldt, als zij ziek worden, de no-riskpolis? En voor welke werknemers kunt u loonkostenvoordeel of loonkostensubsidie krijgen? Christa Jacobs kan u vertellen hoe u geen kans mist om op de kosten van arbeidsongeschikte werknemers te besparen!
Wilt u daarbij ook concrete adviezen ontvangen waarmee u eventueel zelf gewenste acties kunt nemen? Upgrade dan uw arbeidsrecht abonnement naar een plus- of top abonnement!