Verboden onderscheid naar arbeidsduur bij loondoorbetaling tijdens ziekte

Verboden onderscheid naar arbeidsduur bij loondoorbetaling tijdens ziekte
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 1999 / 29
Vindplaats: Zie: kantonrechter Amsterdam 19 februari 1999, JAR 1999/76
Uitspraak

Een bloemenveiling had met de vakbonden een akkoord gesloten over een bedrijfs-CAO. Daarin was bepaald dat tijdens ziekte het salaris gedurende een jaar zou worden doorbetaald. Ter uitvoering van die afspraak had de bloemenveiling een bepaling opgesteld volgens welke vaste werknemers recht hebben op volledige doorbe- taling van hun loon, maar deeltijdwerkers slechts recht hebben op doorbetaling van het loon over het aantal uren waarvoor zij aangesteld waren, terwijl zij structureel meer uren werken, omdat zij doorwerken tot hun dagtaak voltooid is. Op verzoek van de vakbonden verklaart de kantonrechter te Amsterdam voor recht dat deze bepaling in strijd is met het verbod op onderscheid naar arbeidsduur en daarom nietig is. De bepaling leidt er immers toe dat vaste werknemers wel en deeltijdwerknemers niet het loon voor hun dagtaak volledig doorbetaald krijgen.


Commentaar

De wet verbiedt een onderscheid naar arbeidsduur. Uitzondering geldt slechts voor het geval een onderscheid naar arbeidsduur “objectief gerechtvaardigd”. Daartoe moet dan vanuit het doel van een regeling beredeneerd kunnen worden waarom een onderscheid naar arbeidsduur gerechtvaardigd is (legitimiteit). Bovendien moet dan beargumenteerd kunnen worden dat het maken van dat onderscheid een goed, niet onnodig vergaand middel is om dat doel te bereiken (doelmatigheid) en dat geen wanverhouding bestaat tussen de inbreuk die moet worden gemaakt op de norm dat geen onderscheid naar arbeidsduur mag worden gemaakt en het daarmee te bereiken doel (evenredigheid). Aan deze eisen was in dit geval niet voldaan.