Strafheffing over ontslagvergoeding versoepeld

Strafheffing over ontslagvergoeding versoepeld
Datum: 00-00-0000
Uitgavejaar en uitgavenummer: 2005 / 109
Vindplaats: concept-besluit Staatssecretaris van Financiën 31 augustus 2005, nummer DGB2005/5100M
Uitspraak

De regering voert een beleid gericht op de bevordering van arbeidsparticipatie van ouderen. Eén van de middelen daartoe is het heffen van de werkgever van 26% loonbelasting over uitkeringen ingevolge een regeling voor vervroegde uitkering, een soort strafheffing. Deze strafheffing is sinds 1 januari 2005 geregeld in artikel 32aa van de Wet op de Loonbelasting 1964. In een besluit van 26 mei 2005 had de Staatssecretaris van Financiën nader geregeld wat onder een "regeling voor vervroegde uittreding" moet worden verstaan, en met name wanneer een ontslagvergoeding daaronder zou kunnen vallen. Dat besluit moest de Staatssecretaris van Financiën onder druk van de Tweede Kamer opschorten, omdat commotie was ontstaan over de mogelijke gevolgen voor de ontslagvergoedingpraktijk. Met het oog op overleg met de Tweede Kamer na het zomerreces heeft de Staatssecretaris nu een concept voor een nieuw besluit gemaakt, waarin hij een nieuwe benadering kiest bij het bepalen van de vraag wanneer een ontslagvergoeding een "regeling voor vervroegde uitkering" is en wanneer de werkgever de strafheffing dus verschuldigd is.
Het besluit van 26 mei 2005 koos daarvoor een kwantitatieve benadering. Aan de hoogte van de ontslagvergoeding kon worden afgemeten wanneer in elk geval geen sprake was van een "regeling voor vervroegde uitkering". In de andere gevallen zou de belastingdienst de strafheffing opleggen, tenzij uit de feiten en omstandigheden zou blijken dat de ontslagvergoeding niet het karakter van een "regeling voor vervroegde uitkering" had. Onduidelijk was wanneer dat laatste het geval zou zijn.
In het nieuwe concept-besluit kiest de Staatssecretaris eerst voor een kwalitatieve benadering. Daarbij is het van de reden van toekenning afhankelijk wanneer in elk geval géén sprake is van een "regeling voor vervroegde uitkering". In de gevallen waarin de reden van toekenning niet duidelijk maakt dat van een "regeling voor vervroegde uitkering" geen sprake is, komt alsnog de kwantitatieve beoordeling van het besluit van 26 mei 2005 aan de orde. Als ook de kwantitatieve benadering geen duidelijkheid geeft, ligt de bewijslast dat sprake is van een "regeling voor vervroegde uitkering" bij de inspecteur.
Redenen voor een ontslaguitkering die in elk geval vrijwaren voor de strafheffing zijn: reorganisatie (tenzij aan oudere werknemers een regeling wordt geboden tot uittreden met financiële overbrugging tot de pensioendatum) en individueel ontslag wegens disfunctioneren van de werknemer, waaronder ook begrepen vergelijkbare ontslaggronden zoals ontslag wegens onenigheid over het te voeren beleid en wegens onverenigbaarheid van karakters (tenzij een dergelijk ontslag ook vooral werknemers van boven een bepaalde leeftijd betreft).


Commentaar

Bij de meest voorkomende ontslaggronden (reorganisatie, disfunctioneren, verstoorde arbeidsverhouding) zouden ontslagvergoedingen door de Staatssecretaris allemaal worden uitgezonderd van de strafheffing. Wat dan nog overblijft aan ontslagredenen is de vraag. De angel zit hem dan ook vooral in de voorwaarden en uitzonderingen. Bij een reorganisatie moet zijn voldaan aan de voorwaarden dat bij de keuze van de werknemers die ontslagen worden het anciënniteitsbeginsel ("lifosysteem"), afspiegelingsbeginsel of ander overeengekomen systeem dat daarvan niet substantieel afwijkt is gevolgd. Bij het disfunctioneren maakt de Staatssecretaris het voorbehoud dat de strafheffing alsnog wordt toegepast bij vermomde "regeling voor vervroegde uitkering". Ook als het nieuwe besluit in werking treedt blijft het dus oppassen geblazen, om niet tegen een onverwachte strafheffing aan te lopen als een ontslagregeling wordt getroffen waarbij een ontslagvergoeding wordt betaald. Voorlopig moet uit overleg met de Tweede Kamer eerst nog blijken of en zo ja, wanneer het nieuwe Besluit in werking treedt.