Bronnen:
HR 5 januari 2007, www.rechtspraak.nl, ljn: AZ2221
Artikel 7:653 B.W.: concurrentiebeding
moet schriftelijk worden overeengekomen.
HR 9 maart 1979, NJ 1979, 467
(Brabant/Van Uffelen): Schriftelijkheidseis is bijzondere waarborg, dat de
werknemer de consequenties van dit voor hem bezwarende beding goed heeft
overwogen. Deze waarborg dient ook te gelden bij een wijziging in de
arbeidsverhouding van zo ingrijpende aard, dat het concurrentiebeding
aanmerkelijk zwaarder gaat drukken. Concurrentiebeding vervalt dan, indien het
niet opnieuw schriftelijk wordt overeengekomen.
HR 5 januari 2007 (AVM):
concurrentiebeding verliest zijn geldigheid niet onder alle omstandigheden
volledig en moet volledig opnieuw schriftelijk worden overeengekomen, maar
alleen voor zover de omstandigheden dit nodig maken met het oog op enerzijds de
bescherming van de werknemer tegen het niet weloverwogen aangaan van een
concurrentiebeding en anderzijds het te beschermen belang van de werkgever. De
rechter moet niet alleen onderzoeken of sprake is van een ingrijpende wijziging
van de arbeidsverhouding maar ook of, en zo ja op grond waarvan, die wijziging
meebrengt dat het concurrentiebeding aanmerkelijk zwaarder gaat drukken.
Daarbij zal de rechter betekenis mogen hechten aan de mate waarin de wijziging
te voorzien was toen de werknemer het beding aanvaardde. De enkele vaststelling
dat zich een ingrijpende wijziging in de arbeidsverhouding heeft voorgedaan is
onvoldoende om aan te nemen dat het concurrentiebeding daardoor aanmerkelijk
zwaarder is gaan drukken. De rechter moet ook onderzoeken of, en zo ja in
hoeverre en in welke mate, die wijziging na een eventuele beëindiging van het
dienstverband bij handhaving van het concurrentiebeding een belemmering zal
vormen om een nieuwe gelijkwaardige werkkring in loondienst of als zelfstandig
ondernemer te vinden.