Wijziging van enkele belastingwetten en enkele
andere wetten ten behoeve van het afschaffen van de Verklaring arbeidsrelatie
(Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties), wetsvoorstel 34036, Nota van Wijziging, nummer 11
Bij
Nota van Wijziging van 19 mei 2015 is het voorstel voor de Wet invoering
Beschikking geen loonheffingen aanzienlijk gewijzigd.
De
bepalingen die in de wet stonden ter afschaffing van de "verklaring
arbeidsrelatie” (VAR) blijven gehandhaafd, maar de bepalingen die er toe
strekten om in plaats daarvan de "beschikking geen loonheffingen” in te voeren
worden niet ingevoerd. Op initiatief van belangenorganisaties zal de
belastingdienst in plaats daarvan (model) overeenkomsten beoordelen op gevolgen
voor de inhoudingsplicht, waardoor belangenorganisaties maar ook individuele
werkgevers en werknemers vooraf zekerheid kunnen krijgen over de inhoudingsplicht.
De belastingdienst geeft daarbij geen oordeel over de fiscale kwalificatie van
de inkomsten van de opdrachtnemer voor de inkomstenbelasting. De
belastingdienst zal de beoordeelde voorbeeldovereenkomsten publiceren op
internet. Publicatie van individuele overeenkomsten zal alleen geanonimiseerd
plaatsvinden en met toestemming van partijen. De belastingdienst zal zelf ook
voorbeeldcontracten opstellen en op internet publiceren, die opdrachtgevers en
opdrachtnemers kunnen gebruiken. Ook die contracten geven vrijwaring van
inhoudingsplicht zo lang er geen bepalingen aan worden toegevoegd die afbreuk
doen aan de inhoud van de overeenkomst.
Indien
opdrachtgevers en opdrachtnemers gebruik maken van overeenkomsten ten aanzien
waarvan de belastingdienst heeft geoordeeld dat geen sprake is van
inhoudingsplicht indien volgens de voorwaarden van die overeenkomst wordt
gewerkt, kunnen zij er van uitgaan dat zij gevrijwaard zijn van naheffing als
zij inderdaad volgens de voorwaarden van die overeenkomst werken. Incidentele
afwijkingen van de overeenkomst hebben geen gevolgen voor de vrijwaring als de
opdrachtgever of opdrachtnemer aannemelijk maken dat de situatie tijdelijk is
of een incident betreft. Die vrijwaring zou in beginsel gelden voor de duur van
vijf jaar. Ten aanzien van de termijn van vijf jaar zal een voorbehoud gelden
ten aanzien van wijzigingen in wet- en regelgeving. Gewijzigde jurisprudentie
kan aanleiding vormen op de vrijwaring voor de eerder beoordeelde
overeenkomsten in te trekken.
Het
beoordelen van de overeenkomsten zou naar verwachting binnen zes weken dienen
te geschieden.
Wie
niet werkt op basis van een door de belastingdienst "goedgekeurde” overeenkomst
heeft geen vrijwaring, maar dat betekent dan nog niet dat ook inhoudingsplicht
bestaat. Die inhoudingsplicht moet dan op inhoudelijke gronden worden
beoordeeld.
Bij
de beoordeling van uitkeringsrechten volgt het UWV de kwalificatie van de
arbeidsverhouding door de belastingdienst. De beoordeling van de overeenkomsten
wordt daartoe door de belastingdienst vooraf afgestemd met het UWV. Indien in
afwijking van een "goedgekeurde” overeenkomst wordt gewerkt, kan de
opdrachtnemer toch aanspraak maken op uitkeringen. In dat geval zal het UWV de
belastingdienst informeren, zodat een naheffingsaanslag of
correctieverplichting kan worden opgelegd.
Het
uitoefenen van rechten door de opdrachtnemer op grond van het arbeidsrecht
wordt niet verhinderd door de kwalificatie die de belastingdienst aan een
overeenkomst geeft. Bij de arbeidsrechtelijke beoordeling spelen de volgende
aspecten een rol:
Mag
de opdrachtnemer zich zonder toestemming van de opdrachtgever laten vervangen?
Mag
de opdrachtnemer zich alleen laten vervangen door iemand uit een vaste groep
van personen, die de opdrachtgever zelf ook inschakelt en die de opdrachtgever
daardoor kent?
Is
er een verplichting tot het betalen van loon?
Geeft
de opdrachtgever leiding of houdt de opdrachtgever toezicht op het werk van de
opdrachtnemer?
Geeft
de opdrachtgever aanwijzingen aan de opdrachtnemer over bijvoorbeeld representativiteit,
omgang met klanten, werktijden, kenbaarheid door middel van bedrijfskleding,
logo’s op vervoermiddelen en visitekaartjes?
Neemt
de opdrachtgever klachten in behandeling over (het werk van) de opdrachtnemer?
Vormen
de werkzaamheden die de opdrachtnemer verricht een wezenlijk onderdeel van de
bedrijfsvoering van de opdrachtgever?
Mag
de opdrachtnemer voor verschillende opdrachtgevers tegelijk werken?
Krijgt
de opdrachtnemer doorbetaald bij ziekte of vakantie?
Moet
de opdrachtnemer het werk gaat is opnieuw doen of aanpassen als het niet
voldoet aan de overeenkomst?
Bepaalt
de opdrachtgever de hoogte van de beloning voor de werkzaamheden?
Is
de opdrachtgever aansprakelijk voor de schade die een opdrachtnemer veroorzaakt
in de uitoefening van zijn werkzaamheden?
Heeft
de opdrachtnemer een beroepsaansprakelijkheidsverzekering?
Zo
wordt de opdrachtgever voor gereedschappen, hulpmiddelen en materialen?
Ook
de belastingdienst zal deze factoren meewegen bij de beoordeling van
voorgelegde overeenkomsten. Als de burgerlijke rechter oordeelt dat sprake is
van een arbeidsovereenkomst, zal de vrijwaring ten aanzien van de betreffende
overeenkomst worden ingetrokken, waarbij voor lopende gevallen de algemene
beginselen van behoorlijk bestuur in acht zullen worden genomen. Het met
terugwerkende kracht opleggen van een naheffingsaanslag aan de opdrachtgever
blijft dan achterwege op grond van het vertrouwensbeginsel. De werknemer kan
echter wel een uitkering krijgen.
In
verband met de voorgenomen werkwijze zullen de artiestenregeling, de regeling
voor gelijkgestelden en de regeling voor thuiswerkers worden aangepast. Voor de
regeling voor gelijkgestelden en de regeling voor thuiswerkers geldt dat aan de
hand van de overeenkomst niet vooraf kan worden beoordeeld of deze regelingen
van toepassing zouden zijn. De belastingdienst zal de overeenkomsten alleen
behoeven te toetsen aan de eisen van de dienstbetrekking en van andere fictieve
dienstbetrekkingen dan die van thuiswerkers en gelijkgestelden. Voor de
artiestenregeling geldt dat bepaalde groepen van artiesten op grond van een
delegatiebepaling door de Minister buiten de inhoudingsplicht kunnen worden
gesteld.
Het
gewijzigde wetsvoorstel is op 29 juni 2015 door de Tweede Kamer aangenomen en
op 10 juli 2015 bij de Eerste Kamer ingediend.
Het
is zeer de vraag of opdrachtgevers als gevolg van de gewijzigde regeling
voldoende beschermd zullen zijn tegen onverwachte naheffingen. De restrictie dat
wel volgens de bepalingen van de "goedgekeurde” overeenkomsten dient te worden
gewerkt in relatie tot te verwachten discussies met de belastingdienst over
bijvoorbeeld de vraag of wel of niet sprake is van persoonlijke
arbeidsverrichting of wel of niet sprake is van het houden van toezicht (in
welke beide gevallen in de praktijk vaak geen sprake is van een duidelijke
grenslijn) doet wat dat betreft het ergste vermoeden. Veel zal afhangen van de
vraag in hoeverre deze grenslijnen in de beoordeelde overeenkomsten concreet en
duidelijk worden getrokken. Inmiddels heeft de belastingdienst de bevoegdheid
tot naheffing weer volledig herkregen, kan de belastingdienst zelf bepalen of
en in hoeverre zij bereid is die te beperken door het goedkeuren van overeenkomsten
en ontbreekt een duidelijk wettelijk kader voor de toegezegde vrijwaring indien
gewerkt wordt volgens door de belastingdienst "goedgekeurde” overeenkomsten.
Realiseer grote besparingen en laat ons uw premiebesluit 2024 controleren!
Op 25 november 2023 stuurde de belastingdienst aan werkgevers de beschikking gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2024. In dit besluit is vermeld hoe hoog de premie is die de werkgever in 2024 aan de belastingdienst moet betalen. Voor (middel)grote werkgevers wordt de hoogte van die premie beïnvloed door de bedragen die in 2022 als Ziektewet- respectievelijk WGA-uitkering zijn uitbetaald aan (ex-) werknemers. Uit de controles van premiebesluiten en daaraan ten grondslag liggende uitkeringsbesluiten die wij in het verleden uitvoerden blijkt dat de kans dat de premie te hoog is vastgesteld maar liefst 66% bedraagt!
U heeft nog:00days,
00hours, 00minutes en
00seconds
Vaktechnisch overleg arbeidsrecht en sociale verzekeringen
Tijdens het vaktechnisch overleg (vier maal per jaar) bespreken wij vragen van deelnemers en de actualiteiten van de voorgaande drie maanden. De eerstvolgende bijeenkomsten vinden plaats op:
- maandag 4 december 2023: Koning Willem II-stadion, Tilburg
- woensdag 6 december 2023: Van der Valk Hotel Zwolle
- donderdag 7 december 2023: Van der Valk Hotel Dordrecht
- maandag 11 december 2023: Flonk Hotel Groningen Zuid, voorheen: Best Western Plus Hotel Groningen Plaza (of online)
- dinsdag 12 december 2023: Novotel Hotel Eindhoven
- woensdag 13 december 2023: Van der Valk Hotel Middelburg (!)
- donderdag 14 december 2023: Van der Valk Hotel Akersloot (of online)
- dinsdag 19 december 2023: De Soesterduinen, Soest
Online deelname is mogelijk bij de bijeenkomsten van maandag 11 december 2023 en donderdag 14 december 2023.
Is uw werknemer bijna twee jaar arbeidsongeschikt? Dan komen veel vragen op u af. Wilt u zeker weten dat u de juiste beslissingen neemt? Neem dan tijdig contact met ons op voor een WIA-Poort Scan!
Wilt u daarbij ook concrete adviezen ontvangen waarmee u eventueel zelf gewenste acties kunt nemen? Upgrade dan uw arbeidsrecht abonnement naar een plus- of top abonnement!