Per 1 mei 2010 treedt de nieuwe EG-Verordening inzake sociale zekerheid in werking


Slovak Workforce SRO is een Slowaaks uitzendbureau dat in Slowakije vakpersoneel werft voor de metaalindustrie. De Slowaakse werknemers treden in Slowakije in loondienst bij Slovak Workforce SRO. De feitelijke werkzaamheden worden echter nagenoeg uitsluitend uitgevoerd in Nederland. Slovak vertelt haar werknemers, en de opdrachtgevers in Nederland, dat zij (de werknemers) in Slowakije sociaal verzekerd zijn. De werknemers zijn in meerdere landen binnen Europa werkzaam. Voor dat geval is in de EG-Verordening 1408/71 geregeld waar deze werknemers sociaal verzekerd zijn. Indien een werknemer in loondienst in twee landen werkzaam is, waaronder zijn of haar woonland, dan geldt op grond van de EG-Verordening 1408/71 dat die werknemer in het woonland verzekerd is. In de Verordening is niets geregeld met betrekking tot de omvang van de werkzaamheden in de verschillende landen. Dit betekent dat in principe één of enkele dagen per drie maanden werken in het woonland voldoende zou kunnen zijn. In 1971 trad de eerste EG-Verordening in werking waarin een regeling was getroffen voor de sociale zekerheid bij grensoverschrijdende arbeid, de EG-Verordening 1408/71. Doel van de regeling was te bereiken dat werknemers en andere personen die arbeid verrichten, zich niet zouden laten weerhouden van het werken over de grenzen binnen Europa, omdat zij dan zouden weten waar zij sociaal verzekerd zouden zijn. Onduidelijkheid over de sociale zekerheid kan immers een reden zijn om niet in een ander land te gaan werken. Om deze belemmering ten aanzien van het grensoverschrijdend werken weg te nemen, werd de genoemde EG-Verordening uitgevaardigd. Als hoofdregel werd opgenomen dat men in beginsel in slechts één land verzekerd zou zijn en dat het land waar men feitelijk werkzaam zou zijn in beginsel het land zou zijn waar men sociaal verzekerd zou zijn. De EG-Verordening werd opgezet met een praktisch doel en om het gebruik in de dagelijkse praktijk werden weinig begrippen echt gedefinieerd in de Verordening. De uitleg daarvan is in de jaren na de invoering van de EG-Verordening ingevuld door de rechtspraak van het Hof van Justitie van de EG, maar veel meer nog door de uitvoerende instanties zelf. Bij de uitleg van begrippen spelen vaak ook politieke afwegingen een rol. Ui-teraard zijn niet de uitvoerende instanties degenen die bepalen hoe de Verordening wordt uitgelegd, maar is het de rechter (Hof van Justitie EG) die hierin het laatste woord heeft. Dat is echter een lange kostbare weg om te gaan en omdat de uitvoering van een werk wel direct zal moeten kunnen plaatsvinden, kan de uitkomst daarvan vaak niet worden afgewacht en is men wel degelijk afhankelijk van het oordeel van de uitvoerende instanties. Dit omdat bij die uitvoerende instanties een zogenaamde E-101-verklaring kon worden aangevraagd. Dit is een officieel document, waarin de uitvoerende instantie vastlegt waar de desbetreffende werkne-mer die in meerdere Europese landen werkzaam is, sociaal verzekerd is. De E-101-verklaring heeft vrijwarende werking, wat inhoudt dat de sociale zekerheidsinstanties in alle Europese landen deze moeten respecteren, ook als zij wellicht van oordeel zijn dat de E-101-verklaring ten onrechte is afgegeven. Het systeem van de E-101-verklaringen (ook voortvloeiend uit de EG-verordening en de bijbehorende uitvoeringsregeling) heeft er op deze wijze toegeleid dat de uitvoerende instanties (die immers deze verklaringen afgeven) toch een belangrijke rol spelen bij de uitleg van de begrippen in de EG-Verordening. Na verloop van tijd moest echter worden geconcludeerd dat de EG-Verordening 1408/71 niet meer aan haar doel beantwoordde: het wegnemen van onzekerheid over de sociale zekerheid door daarover duidelijkheid te geven, om aldus een belemmering ten aanzien van grensoverschrijdende arbeid weg te nemen. Dit heeft geleid tot het concipiëren van een nieuwe Verordening met betrekking tot de sociale zekerheid bij grensoverschrijdende arbeid. Deze nieuwe Verordening 883/2004 is reeds in 2004 gereed. Het heeft echter nog tot 1 mei 2010 geduurd tot deze daadwerkelijk in werking gaat treden. De reden daarvan is dat de invoering langere tijd is tegengehouden door de in 2004 nieuw tot de EU toegetreden landen, die geen zeggenschap hadden gehad in de totstandkoming daarvan, maar zich wel geconfronteerd zagen met voor hen vaak ongunstige nieuwe regels. Na jarenlange onderhandeling is de nieuwe Verordening echter uiteindelijk toch aangenomen. Onder de "oude" EG-Verordening kon de Slowaakse uitvoeringinstantie E-101-verklaringen afgeven voor de werknemers van Slovak Workforce SRO, waarop werd vastgesteld dat deze werknemers sociaal verzekerd waren in hun woonland Slowakije. Dat het daarbij ging om werkzaamheden die slechts enkele dagen per kwartaal in Slowakije werden uitgevoerd en nauwelijks meer inhielden dan op kantoor wat dossiers rechtzetten, was in principe niet in strijd met de EG-Verordening 1408/71. In de per 1 mei 2010 van kracht wordende EG-Verordening 2004/883 geldt echter dat de werkzaamheden in een land pas in aanmerking worden genomen, indien die werkzaamheden substantieel zijn. Wat onder "substantieel" moet worden verstaan is nader uitgewerkt. De werkzaamheden moeten minimaal 25% van de werktijd of van het salaris zijn. Dat betekent dat er aan de werknemers van Slovak Workforce SRO derhalve vanaf 1 mei 2010 geen nieuwe E-101-verklaringen meer kunnen worden afgegeven inhoudende dat de werknemers in Slowakije sociaal verzekerd zijn. Dit omdat de werkzaamheden in Slowakije niet substantieel zijn en derhalve buiten beschouwing moeten blijven. De hoofdregel van de EG-Verordening treedt dan in werking. Die hoofdregel is dat een werknemer sociaal verzekerd is in het land waar hij of zij feitelijk werkzaam is. Voor de werknemers van Slovak Workforce SRO is dat Nederland.


Inwerkingtreding EG-Verordening 883/2004 per 1 mei 2010


Behalve het in dit artikel opgenomen voorbeeld zijn er nog tal van andere wijzigingen in de nieuwe Verordening. Het voert te ver om daar in het kader van dit artikel verder op in te gaan.